Parabel over een
vermeende crisis
Er was eens…. een hardloopwedstrijd,
die zich in toenemend enthousiasme mocht verheugen. Het begon ooit onschuldig
met enkele honderden deelnemers. Door de jaren heen werd het evenement
echter groter en groter. Er kwamen steeds meer deelnemers en ook meer
kijkers. De organisatrice zag mogelijkheden om het veel grootser aan te
pakken. Ze bedacht bandjes langs het parcours en zocht grotere sponsors.
Dat werkte, er kwamen nog meer deelnemers. Het vrouwtje vond dat het allemaal
nog veel mooier kon en benoemde zichzelf tot race
director, dat stond internationaler. Ze zag al die mensenmassa’s
steeds meer als het decor tegen de achtergrond waarvan zij kon schitteren.
Want ze bleven elk jaar komen en schreven het evenement elk jaar sneller
vol. Het vrouwtje klaagde over de gebrekkige visie van de gemeenten, die
geen toestemming gaven voor nog meer lopers. Toen het evenement in enig
jaar binnen een half etmaal vol zat, bedacht zij dat alle deelnemers bij
haar langs moesten komen alvorens te mogen starten. De race
director creëerde daarvoor de running
zone. Niemand begreep het, maar ze sloeg alle raadgevingen en gemor
in de wind. Om iedereen het zwijgen op te leggen greep ze een medaille
en wierp hem in het Winschoterdiep, onder de uitroep “net zo min
als deze medaille tot mij weerkeert, zal de hardloopwedstrijd ooit ondergaan!”.
Maar op een dag voltrok zich een verbijsterende ervaring: een vers gevangen
snoekbaars werd haar tijdens een weldoorvoede dis opgediend in het beste
restaurant van de stad. En zie, bij het trancheren kwam de bewuste medaille
tevoorschijn. De vrouwe verbleekte maar liet daarop een schrille lach
horen, die alle andere bezoekers zich lang heugden.
Het volgende jaar schreven de duizenden opnieuw sneller in. Vanwege de
running zone waren het bijna uitsluitend deelnemers
uit de eigen stad. Maar de vrouwe interesseerde dat niet. Ziet! riep zij
in haar hoogmoed, Mij deert geen mens of vloek. Echter, op de dag van
de loop regende het pijpenstelen en ook was het bitter koud. Dat was in
geen jaren zo geweest. De vrouwe had dit nimmer als bijzondere zegening
ervaren. Door dat weer kwam meer dan de helft van de deelnemers niet opdagen
en langs het parcours bleef het akelig leeg en stil.
Het volgende jaar verlengde menig sponsor het contract niet, omdat deelnemers
uit de wijde omtrek weg bleven. De vrouwe deed een concessie: zij liet
de running zone achterwege. Nog liep de inschrijving
opnieuw vol. Hoewel het weer goed was, sloeg het noodlot echter opnieuw
toe: voor het eerst in de historie bezweek een deelnemer, wat statistisch
al veel eerder had kunnen gebeuren met zoveel ongetrainde lopers. De vrouwe
had er niet mee gerekend. Doordat het vlak voor de Herebrug gebeurde stagneerde
een groot deel van het lopersveld en deden velen een traumatische ervaring
op.
Het jaar daarop moest het deelnemersveld inkrimpen door het teruglopende
aantal sponsoren. Het weer ging gepaard met regen en onweer waardoor de
autoriteiten het evenement zelfs afgelasten. Zoveel kosten moesten worden
gemaakt om de inschrijvingen te compenseren, dat de vrouwe haast failliet
ging. Nog een jaar later moest het aantal deelnemers worden teruggebracht
doordat andere parkoersen de voorkeur kregen en er onvoldoende geld geïnvesteerd
kon worden. Het was opnieuw bitter koud zodat maar een fractie van de
deelnemers kwam opdagen. De kranten schreven - sinds ze geen sponsor meer
waren - steeds openlijker over de klachten die de mensen uitten. Aan de
loop begon een negatieve lading te kleven. Als de mensen het er over hadden,
spraken ze vooral over de verleden tijd. Het evenement kreeg het odium
passé te zijn en de vrouwe werd het mikpunt van meewarigheid.
Nu na zoveel jaren, kan men nòg, vooral oudere mensen horen vertellen
over de legendarische loop die ooit zovelen verbond.
12 oktober 2008
|