SPRAAKVERWARRING
Taal weerspiegelt op fascinerende wijze culturele ontwikkelingen. Hoe
veelzeggend contrasteert het gedragen Nederlands uit het postkoetstijdperk
van de Tachtigers, met de soundbytes van de huidige computerera.
Taal leeft.
Maar niet alle talen overleven. Voor de houdbaarheid van het Nederlands
moet ernstig worden gevreesd, mind you. We
missen een taalinquisitie die, zoals in IJsland, moderne leenwoorden kunstmatig
omzet in neologismen. Bovenal missen we de noodzakelijke trots om voor
onze taal en cultuur op te komen. In Vlaanderen zal het Nederlands wat
dat betreft beslist langer overleven. Het is me overkomen dat ik er jus
d´orange bestelde en de ober niet-begrijpend bleef wachten tot ik
op het equivalent sinaasappelsap kwam…
Onze taal is van waarde, maar weerloos tegen onze onachtzaamheid. Geen
haar op ons hoofd om buitenlanders die hier de weg vragen in onze eigen
taal te woord te staan. Aan deze en gene zijde van de grens putten we
ons uit om de polyglot uit te hangen.
Volgende week gaan de stembussen voor de Europese verkiezingen in 10 lidstaten
meer open dan vijf jaar geleden het geval was. De vraag of elke parlementariër
in eigen taal moet kunnen debatteren wordt daarmee steeds meer onderhevig
aan een kosten-batenanalyse. Onachtzaamheid en de macht van het getal
zullen het Nederlands in die afweging dra de weg van de gulden doen volgen.
Maar het is een kwestie van tempoverschillen. Ook andere talen zullen
er aan geloven. Uiteindelijk zal blijken dat Zamenhof te vroeg was met
zijn Esperanto. Het Engels zal nog deze eeuw voertaal van de beschaafde
wereld worden. Vervormd tot Minestrone-engels weliswaar, want talen leven
en beïnvloeden elkaar wederkerig. Levend bewijs is het ‘spanglish’
dat in grote delen van de zuidelijk staten van Amerika al gemeengoed is.
Tien jaar geleden drong zich een prachtige voorafschaduwing van dit verschijnsel
aan ons op. Een jongetje dat regelmatig in het Duits naar huis werd geroepen
fietste dagelijks om ons vakantieverblijf op Texel. Dit was aanleiding
voor een weddenschap over zijn naam. De Heinrich´s en Günther´s
vlogen over tafel. Toen iedereen had ingezet moest het antwoord van het
kind komen. Op de vraag `Wie er hiess´ antwoordde der Bube ´Kevin´…..
Vertwijfeling alom.
Engels bekt niet alleen lekker in songs. Het komt ook ruimhartig tegemoet
aan onze neiging om woorden af te korten. Zoals zich slijtpaadjes vormen
op plekken gras of land waar we een stukje dagelijkse route kunnen afsnijden,
zo baant ons spraakvermogen zich een kortere weg door ons spreken. ‘Heb
jij je stufi al geregeld?’ Deze tekst op het affiche in een banketalage
intrigeerde me dusdanig dat ik ff stopte om
de toelichting te lezen. Stufi stond voor studiefinanciering.
Dit voorval dateert van ruim
vóór het sms-tijdperk.
Onlangs bleek uit een enquête dat Nederlanders nagenoeg niet weten
waar het Pinksterfeest voor staat. Geen wonder. Aanleiding voor dit christelijke
feest is de uitstorting van de Heilige Geest over Jezus’ volgelingen,
hen nabij tot troost na Christus’ Hemelvaart. De discipelen, ongeletterde
vissers van het platteland van Galilea, raakten zo begeesterd dat zij
het Woord begonnen te verkondigen. Waarop zich een wonder voltrok in het
kosmopolitische Jeruzalem van die dagen: alle omstanders konden hen verstaan
in hun eigen taal.
Wij missen begeestering.
Maar……. niet allemaal ! Wie oren heeft die hore ! Kijk op
www.rijkwillemse.nl
2 juni 2004
|