CONCEPTUELE KUNST ALS DOGMA?

Opéénvolgende directeuren van het Groninger museum voor Stad en Lande, hebben kunstschilder Henk Helmantel en zijn werk verguisd. Wie realistisch-figuratief wenst te schilderen, kon volgens de directeur die zichzelf als “pissende poes” afficheerde, beter gaan fotograferen. In het Groninger Museum kan naar hun oordeel voor dergelijk werk geen plaats worden ingeruimd.
Het is merkwaardig vast te stellen dat een kaskraker als de expositie van de Russische sociaal-realist Ilja Repin van deze benadering wordt uitgezonderd.
De huidige directeur beroept zich op geschreven documenten om de uitsluiting van werk van Helmantel in het Groninger Museum te rechtvaardigen. In die documenten – jaarplan e.d. – zou vastliggen dat het Groninger Museum slechts ruimte biedt aan conceptuele kunst.
Dit mag bedenkelijk heten, aangezien een dergelijk containerbegrip alle ruimte laat voor een hoogst persoonlijke invulling. Namelijk van de directeur die er op enig moment zit. Het is een grondslag die hem in staat stelt macht uit te oefenen, want het biedt ruimte voor diens allerindividueelste expressie door zijn hoogstpersoonlijke interpretatie van ‘conceptuele kunst’: Repin wordt in genade aangenomen, Helmantel moet het ontgelden.
Degene die zich hiertegen waagt uit te spreken, wordt vermaand met een hogepriesterlijke reactie: Kunst ware niet aan meerderheidsbeslissingen te onderwerpen, aangezien dat leidt tot goedkoop populisme. Exact dezelfde reactie gaf de randstedelijke intelligentsia, op de uitverkiezing van de ‘provinciale rijmelaar’ Driek van Wissen tot Dichter des Vaderlands. (Dit gegeven stelt het nog te geven antwoord door GS op de gestelde Staten-vragen, onder een voorbeslag van Groningse kwetsbaarheid.)
Er is alle reden om de directorale pretentie als willekeur in twijfel te trekken en hij roept de vraag op, door wie, dan wel namens wie de betreffende documenten worden vastgesteld. Tevens of diegenen daadwerkelijk de gepretendeerde exclusiviteit aan het door hen gecodificeerde begrippenkader ‘conceptueel’ wensen te verlenen.

Feitelijk kan de directeur zijn expliciete diskwalificatie van Henk Helmantel en zijn werk doen, in de beschermende schaduw van de getalsmatige libertijnse politieke meerderheid in de Staten. Temidden van D66, Groen Links en de VVD maakt de PvdA daarvan de dominante kern uit. We zagen de consequenties van hun interpretatie van cultuur eerder in de stad Groningen. (waar dezelfde meerderheid heerst) De oproep om een affiche met pornografische foto uit de publieke ruimte te verwijderen, werd door hen als zedenmeesterij afgedaan. Deze foto was immers kunst, namelijk van Groninger Museum-adept Erwin Olaf, en daarmee verheven boven publieke discussie.
In deze beschermende slagschaduw kan de met een overheidssalaris gedoteerde directeur van het Groninger Museum zijn hooghartige toon aanslaan. Het wordt tijd om deze functie in een breder perspectief te plaatsen. Ik bedoel maar, stel dat figuratieven als Rembrandt, Vermeer, Rubens in hun tijd vorstelijk gesubsidieerde museumdirecteuren hadden gekend, wie zou zich hen thans nog herinneren?

Bert Westerink
8 augustus 2007

(Dit manifest mag met of zonder bronvermelding worden gekopieerd)

Terug naar de homepage