JE WORDT OUDER PAPA

Het ‘meisje met de parel’ is verkozen tot het mooiste schilderij van Nederland. Een veilige keuze. Lijkt de hang naar dergelijke ‘lijstjes’ op zich al een uiting van de behoefte aan overzichtelijkheid, de uitkomst is dat volgens mij ook. Vermeer, Rembrandt. Zij stempelen de Vaderlandse kunstgeschiedenis. Het past in het wereldbeeld uit mijn jeugd: de Germanen zakten de Rijn af, het Christendom luidde de beschaving in, op de Spanjaarden veroverden wij onze vrijheid en in de Gouden eeuw onze welvaart. Oranje bevestigde de rode draad en als je om je heen keek zag je de uitkomst: Nederlandse kinderen, verdraagzaamheid tussen de buren, opa die zich met hard werken aan de armoe had onttrokken, vader die in Duitsland te werk gesteld was en nog in Indië had gevochten.
Zijn we daar, temidden van Hofstad-verwardheid en Verdonk-populisme in korte tijd heel ver vandaan geraakt… of ben ik nou zo oud geworden?

Naarmate men ouder wordt, wordt men vanzelf (onderdeel van de) historie. Aan deze open deur kan een mens geruime tijd achteloos voorbij gaan. Totdat bepaalde gebeurtenissen de onvermijdelijkheid ervan aan je opdringen. Voor wie zijn kinderen ziet opgroeien, komt dat besef doorgaans geleidelijk. Maar het eindexamen van de oudste zoon is zo’n Gebeurtenis. Ik werd erbij bepaald door het onderwerp van het geschiedenisexamen. Vietnam. Nagenoeg vanaf de slag bij Dien Bien Phoe (1954) wordt de stof ontleend aan ontwikkelingen die zich tijdens mijn leven voltrokken. Hoewel van ver, drongen ze er langzaam in door, de namen van de plaatsen waar strijd werd geleverd. Danang, Hué, (“de oude keizersstad”) Hanoi, werden meegevoerd met de nieuwsberichten. De beelden van het voor een napalmbombardement wegrennende naakte meisje, de standrechtelijke executie van een Vietcong-strijder, de brandende monniken, zijn contemporaine iconen geworden. Een CPN-poster tegen het bloedbad in My Lai sierde mijn zolderkamer en in 1972 liep ik voor het eerst in een demonstratie mee, dwars door Enschede, tegen de oorlog in Vietnam. Je voelde je onderdeel van iets groters; veel muziek met de lading van verzet droeg aan die beleving bij. Tijdens de schoolexcursie naar Berlijn kwamen de berichten over de val van Saigon door, eind april 1975. We discussieerden in het hotel over de vraag of dit een wenselijke uitkomst was. (Marius vond van niet; Jan Henk was er van overtuigd…)
Het terughalen van de gedachten heeft al bijna de lading van ‘opa verteld…..’ Dus toch oud geworden?

De persoon van de docent is maar al te vaak bepalend voor de belangstelling voor een vak(gebied). Ik heb zonder meer genoten van de geschiedenislessen van meneer De Graaf en meneer Rebel. Echte vertellers, die het verleden lieten herleven. Beide leven nog. Meneer De Graaf schreef vorige week in een brief aan een oud-leerlinge, dat hij in het AD had gelezen dat ik een boek had geschreven “over de bestuurlijke chaos in Delfzijl”.
Dat ik dat nog mee mag maken…….
Ik stuur hen beide een exemplaar. Vol trots…. En daar wil ik niets aan doen, ik geef het maar toe.

23 mei 2006

 

Terug naar de homepage