D(iscriminatie)66
Voorafgaand aan een bezoek aan de bloedbank wordt de donor gescreend.
Daartoe dient een vragenlijst die ik de afgelopen decennia regelmatig
aangescherpt zag worden. Soms is er iets gebeurd in een specifiek land,
en wil men weten of je daar de afgelopen maanden was. Sinds de entree
van de gekke-koeien-ziekte moet de vraag beantwoord worden of er binnen
de familie sprake is van de ziekte van Creutzfeldt Jacob. (Die hoef je
dus niet eens zelf te hebben.) Nieuw sinds een paar jaar is ook de vraag
naar eventueel aangebrachte piercings en tatoeages. Zo weerspiegelt de
vragenlijst wijzigende maatschappelijke opvattingen en ontwikkelingen.
De waslijst is er op gericht de gezondheid van de donor in beeld te brengen.
De vragen ontspruiten dan ook aan medische afwegingen. Risicogroepen wordt
gevraagd van doneren af te zien. Zelfs bij verkoudheid; daarmee kan je
bloed of plasma een toch al zwakke ontvanger een longontsteking bezorgen.
De ingevulde lijst wordt echter geaccepteerd op basis van vertrouwen.
Mocht iemand -al dan niet bewust- de zaak willen flessen, dan bereikt
diens bloed desondanks geen donor: van elke halve liter worden monsters
genomen om de kwaliteit te testen.
Enkele jaren terug wijdde ik een column aan
het gegeven dat bloed doneren etnische verschillen overstijgt: zwart,
blank of bruin, wie tot dezelfde bloedgroep behoort kan van elkaars bloed
leven. Bij de bloedbank is elk mens welkom.
Dat nu wordt betwist. Want onderscheid naar s*xueel gedrag maakt de bloedbank
ook. In de loop van de jaren '80 werden de donor dienaangaande allerlei
vragen voorgelegd. Zo wil men weten of u s*x had waarvoor betaald werd
met drugs. En mannen wordt gevraagd of ze s*x hadden met andere mannen
(meervoud!). Aan diegenen wordt sindsdien gevraagd van donatie af te zien.
Die uitsluiting wekt de toorn van het COC. Dat voert actie om niet langer
de vraag te stellen aan mannen die s*x hebben met andere mannen om vrijwillig
van donatie af te zien. Discriminatie meneer!
Dat daarvan sprake is kan niet worden ontkend. Naar de letter is de betekenis
van dat begrip ‘het maken van onderscheid’.
Afgelopen zaterdag was het D66-congres
al zover het COC-pleidooi via motie te ondersteunen. Ondanks de medische
indicatie voor dit onderscheid, waarover de overheid (gelukkig) niks te
zeggen heeft.
Ach, zo’n motie brengt een goed gevoel bij de bepleiters van de
zaak. Moet kunnen. Bovendien, het onderscheiden
in (on)gerechtvaardigd onderscheid kan men aan die club beslist overlaten.
1 juni 2011
|